Een speciale paragraaf besteed ik graag aan de oriëntalisten, vooral omdat het hier een aparte groep kunstschilders betreft die hun liefde voor de vreemde Oriënt op hun schilderdoeken weergaven, maar ook omdat ik zelf deze schilderijen interessant en boeiend vind. Dankzij hun inspanningen kwamen wij in het Westen in aanraking met andere beschavingen in het Oosten, zoals men dat toen noemde. Dat wil niet zeggen dat zij een goed oog hadden voor de ware aard van deze beschavingen, net zo goed als het voor ons heel moeilijk is om onze eigen beschaving op dit moment te waarderen. We staan er nu eenmaal te dicht op. En dat gold natuurlijk ook voor de oriëntalisten in hun tijd. We hebben het dan over de periode 1798-1900, ongeveer vanaf de Egyptische veroveringstocht van Napoleon Bonaparte tot aan de 20ste eeuw, de periode waarin we spreken van het oriëntalisme in de kunst. Napoleon nam niet alleen soldaten mee op zijn veroveringstocht, maar ook wetenschappers en kunstenaars.
Afbeelding: Napoleon met zijn generale staf in Egypte, uit 1863, van de kunstschilder Jean-Léon Gérome (1824-1904).
Locatie: Dit schilderij hangt in het Hermitage Museum in Sint-Petersburg in Rusland. De Hermitage is gevestigd in het Winterpaleis, een paleis in Sint-Petersburg, gelegen op de oever van de rivier de Neva.
Op zoek naar eeuwenoude beschavingen
Hierdoor nam in Europa de interesse in het oude Egypte enorm toe, men sprak in die tijd zelfs van een `Egyptomanie’. De kunstenaars reisden vervolgens ook naar andere historische steden met eeuwenoude beschavingen, waaronder de ruïnes van het oude Carthago en het vroegere Heliopolis in de Libanese Bekal-vallei, die men ook wel de Baalbek-vallei noemde, naar de gelijknamige stad.
De bakermat van het christendom
Er was echter ook een andere reden voor de belangstelling van kunstschilders, architecten en beeldhouwers voor de antieke beschavingen. Men wilde de Bijbelse geschiedenis op een meer realistische manier weergeven in hun kunstwerken. Dat kon volgens hen alleen als zij die gebieden ook daadwerkelijk gingen bezoeken. De bakermat van het christendom lag nu eenmaal in het Midden-Oosten. Om deze Bijbelse geschiedenis adequaat te kunnen weergeven op het schilderdoek moest men gaan kijken hoe de mensen in die gebieden leefden.
De wereld van de islam
Men ontmoette echter niet alleen de christelijke wereld, maar ook de wereld van de islam die hen onmiddellijk fascineerde. Vandaar de vele dagelijkse taferelen die wij nu nog op de schilderdoeken van de oriëntalisten tegenkomen. In de winkels van de kunsthandelaren zag men vanaf toen portretten van nomaden, markttaferelen, traditionele feesten en festivals, vrouwen in harems en afbeeldingen van Oosterse steden en bijzondere bezienswaardigheden.
Afbeelding: Odalisques, uit 1905 van de Franse kunstschilder Adrien-Henri Tanoux. Een odalisk was een concubine of een slavin in de harem van de Turkse sultan. Deze schilderijen waren in het begin van de 20ste eeuw zeer populair.
Locatie: Het schilderij is in de zomer van 2023 geveild door veilinghuis Sotheby’s in Londen. Het is nu in het bezit van een particuliere verzamelaar.
Zoals al aangegeven besloeg het tijdperk van het Oriëntalisme de gehele 19de eeuw en incidenteel nog langer. Een lange periode waarin het wat betreft de belangstelling van kunsthandelaren wedijverde met de kunstuitingen van de neoklassieke en romantische kunststijlen. Veel kunsthistorici vinden dat de oriëntaalse kunst niet als een eigen stijl kan worden gedefinieerd. Maar wie bepaald wat kunst is met een kleine `k’ of een grote `K’, zoals E.H. Gombrich zich al afvroeg in zijn monumentale werk over de kunstgeschiedenis `Eeuwige schoonheid’?
Afbeelding: De oriëntalistische kamelenmarkt, van de Nederlandse kunstschilder August Le Gras uit 1896.
Locatie: Het schilderij is in september 2020 in Duitsland verkocht en maakt nu deel uit van een particuliere verzameling.
Bekende oriëntalisten
Bekende oriëntalisten in de schilderkunst waren met name Franse kunstschilders, waaronder Eugène Delacroix (1798-1863), Dominique Ingres (1780-1867), Jean-Léon Gérôme (1824-1904), Adrien-Henri Tanoux (1865-1923), Alfred Chataud (1833-1908), Étienne Dinet (1861-1929), Horace Vernet (1789-1863), Jules Laurens (1825-1901) en Eugène Girardet (1853-1907). In Spanje was Marià Fortuny (1838-1874) de bekendste kunstenaar in het Oriëntalisme, terwijl de kunstschilder Filippo Baratti (1849-1936) in Italië bekendheid vergaarde. Duitsland liet zich in deze periode vertegenwoordigen door Gustav Bauernfeind (1848-1904).
Afbeelding: De poort van de Grote Moskee in Damascus (de Umayyad Moskee), een van de oudste steden in de wereld, van de Duitse kunstschilder Gustav Bauernfeind. Hij schilderde dit oriëntalistische en zonovergoten kunstwerk in 1890 in München, nadat hij in 1887 de Syrische hoofdstad Damascus had bezocht. Op de voorgrond ziet u de toegang tot de moskee, met links een bedelaar, rechts een tempelwachter en enkele gelovigen, en voor de ingang een handelaar die zijn tapijt uitstalt voor twee geïnteresseerde mannen. Op de achtergrond is een optocht zichtbaar. Mogelijk is dit een betoging tegen de Ottomaanse bezetting.
Locatie: Dit schilderij van Gustav Bauernfeind is in 2008 geveild bij Christie’s en is nu in het bezit van een particuliere verzamelaar.
De Amerikaan Edwin Lord Weeks
Edwin Lord Weeks (1849-1903) was één van de belangrijkste oriëntalistische kunstschilders in de Verenigde Staten van Amerika. Hij bleef zijn hele leven reizen en hij bezocht Egypte, Perzië (het huidige Iran), Marokko, India en enkele landen in Zuid-Amerika om te kunnen schilderen.
Afbeelding: De laatste reis, van de Amerikaanse kunstschilder Edwin Lord Weeks. Hij schilderde dit kunstwerk in 1883 bij de oevers van de heilige rivier de Ganges in de Indiase stad Benares (Varanasi). Voor de hindoes is de Ganges een heilige rivier. Zij vereren hier de riviergodin Ganga. Miljoenen gelovigen trekken naar Benares om hun ziel te reinigen door zich te wassen in deze heilige rivier of om hier te sterven. Vandaar de titel van dit schilderij: de laatste reis. Centraal in de compositie vaart een roeibootje met daarop een stervende man die men naar de oever van de Ganges brengt. Na zijn overlijden cremeerde men zijn lichaam op een brandstapel en vertrouwde men zijn as toe aan het langsstromende water en daarmee aan de riviergodin Ganga. Veel hindoes geloven dat zij `het absolute zijn’ (moksha) kunnen bereiken, wanneer hun as direct na hun overlijden in een heilige rivier wordt verstrooid.
Locatie: Dit schilderij maakt deel uit van een particuliere verzameling.
Alberto Pasini en het dagelijks leven in de Oriënt
Een van de bekendste oriëntalisten was de Italiaanse kunstschilder Alberto Pasini (1826-1899). Hij werkte in Armenië, Egypte, Syrië, Irak, Constantinopel (Istanbul), Perzië (Iran) en rondom de Rode Zee. Hij slaagde erin om het leven van de gewone burgers in het verre oosten te schilderen tijdens hun dagelijkse leven. Alberto Pasini plaatste zijn figuren in het schitterende zonlicht, tegen lichtblauwe luchten of dekking zoekend onder parasols en overkappingen in havens, moskeeën, karavanen en oriëntaalse markten. Bijzonder zijn de paarden die hij op het doek toonde. Er zijn maar weinig schilders die de Arabische volbloedpaarden zo overtuigend in beeld hebben gebracht.
Afbeelding: Marktdag in Constantinopel, van de Italiaanse oriëntalist Aberto Pasini, uit 1877. Hij beeldt hier op overtuigende wijze het marktleven af aan de oever van de Bosporus in Constantinopel, het huidige Istanbul. De bewoners van Constantinopel wandelen in kleurrijke kleding over de kade tussen de groenteverkopers door. Links staan enkele fraai geschilderde Arabische volbloedpaarden.
Locatie: Dit schilderij van Alberto Pasini hangt in het Berkshire Museum in de stad Pittsfield in Berkshire County, gelegen in de staat Massachusetts (VS).
De Franse beeldhouwer Charles Cordier
Onder de beeldhouwers wil ik zeker de Fransman Charles Cordier (1827-1905) noemen. Hij vervaardigde fraaie bronzen beelden en bustes van voormalige tot slaven en slavinnen gemaakte Afrikanen die grif in de kunsthandels werden verkocht. Charles Cordier ontmoette in 1847 een voormalige tot slaag gemaakte man met de naam Seïd Enkess. Deze ontmoeting bepaalde de rest van zijn kunstenaarsloopbaan. Een jaar later, in het jaar dat de Fransen de slavernij officieel afschaften, trok hij met een borstbeeld van een Soedanese man de aandacht van de bezoekers. Er zouden nog veel gebeeldhouwde bustes volgen.
Afbeelding: La Capresse des Colonies, een bronzen beeld van een voormalige tot slavin gemaakte vrouw uit 1861, van de Franse beeldhouwer Charles Cordier.
Locatie: Dit bronzen beeld maakt deel uit van de collectie van het Metropolitan Museum of Art in New York in de VS. Het museum bevindt zich aan de oostzijde van het Central Park in Manhattan.
De boeiende kunstwerken van Marius Bauer
In Nederland vielen Marius Bauer (1867-1932), met zijn boeiende olieverfschilderijen, aquarellen en etsen, en Willem Dooijewaard (1892-1980) op in dit genre van het oriëntalisme in de kunst. De kunstuitingen van Marius Bauer hangen onder meer in het Kröller-Müller Museum in het midden van het nationale park de Hoge Veluwe bij het Nederlandse dorp Otterloo.
Afbeelding: De Oosterse bruiloft, van de Nederlandse kunstschilder Marius Bauer uit 1911. Een bruiloftsstoet trekt door de straten van een Oosterse stad. De bruidegom rijdt op een kameel. Op een andere kameel speelt een muzikant op zijn fluit. Om hen heen spelen muzikanten op hun instrumenten en dansen de kinderen op de muziek. De schilder roept met dit schilderij de sfeer op van de sprookjes van Duizend-en-een-nacht.
Locatie: Dit olieverf schilderij van Marius Bauer hangt in het Rijksmuseum, gelegen aan het Museumplein in Amsterdam.
De wereldreizigers Willem Dooijewaard en August Le Gras
Willem Dooijewaard droomde als kind van verre landen en vreemde volkeren. Toen hij eenmaal oud genoeg was trok hij over de wereld, van Zuid-Frankrijk en Marokko tot aan de Aziatische landen Java, Sumatra, China, Tibet en Binnen-Mongolië.
De kunstschilder August Le Gras (1864-1915), geboren in Amsterdam en later woonachtig in Laren en Blaricum (hij deelde in Blaricum een tijdje het huis De Witte Olifant met de kunstschilder Evert Pieters, gelegen op een afstand van 350 meter van het huis van Jacob en Willem Dooijewaard), schilderde fraaie kunstwerken in Algerije en Tunesië. Bovendien zijn er enkele etsen van hem bekend. Hij woonde lange tijd in de binnenlanden van Algerije en bezocht graag de steden Tunis en Algiers.
De oriëntalistische landschapsschilderijen van Karel Ooms
In België liet Karel Ooms (1845-1900) zich door het oriëntalisme inspireren. Hij maakte verschillende reizen door het Midden-Oosten met name naar het toenmalige Palestina en Egypte. Zijn ervaringen legde hij vast in oriëntalistische landschapsschilderijen die hij ter plekke schilderde.
Wassily Kandinsky als pleitbezorger van het oriëntalisme
De kunstenaar Wassily Kandinsky (1866-1944) zorgde er, dankzij enkele abstracte werken in de stijl van het Oriëntalisme, voor dat deze kunstvorm ook erkenning kreeg binnen de kringen van de Moderne Kunst.
Afbeelding: De Maleier, een litho uit 1920 van de Nederlandse kunstenaar Willem Dooijewaard. Het betreft hier een litho met een portret van een Maleier. De litho is gemaakt in Sumatra waar Willem Dooijewaard in die tijd werkte.
Locatie: Deze litho maakt deel uit van een serie van vier litho’s die Willem Dooijewaard op het Indonesische eiland Sumatra maakte. Deze vier litho’s behoren tot de kunstverzameling van de Gooise Galerie. ©Ronnie Rokebrand.
De oriëntalistische kunstwerken van Kees van Dongen
Een schilder die op deze plek niet ongenoemd mag blijven is Kees van Dongen (1877-1968). Hij is zonder enige twijfel de bekendste fauvistische kunstschilder van Nederland. Dat een deel van zijn kunstwerken ook tot de oriëntalistische kunst behoort is minder bekend. Kees van Dongen kreeg in 1910 het verslag Spanische Reisen onder ogen van de kunsthistoricus Julius Meier-Graefe (1867-1935). Hierin deed hij als schrijver verslag van zijn reis door Spanje en een deel van Marokko. Van Dongen raakte gefascineerd door de betoverende foto’s van vrouwen, kunstschatten en andere bezienswaardigheden en vertrok vervolgens zelf naar Spanje en Marokko om deze exotische wereld met eigen ogen te aanschouwen. Het resultaat van dit bezoek, en ook van latere bezoeken in 1913 aan Egypte, waren oriëntalistische schilderijen van vooral vrouwen in traditionele kledij, maar dan in een onmiskenbaar fauvistische stijl.
Afbeelding: Rood en geel (Rouge et jaune), uit 1911, van de kunstschilder Kees van Dongen. Op dit oriëntalistische en fauvistische schilderij portretteerde Kees van Dongen een deels gesluierde Arabische vrouw.
Locatie: Dit schilderij werd voor het eerst tentoongesteld in de Salon van de Afgewezenen in Parijs in 1911. Het schilderij is nu in het bezit van een particuliere verzamelaar.
Grote afbeelding: De Sfinx in Egypte (Le Sphinx en Egypte), een aquarel uit 1898 van de Franse kunstschilder Eugène Girardet (1853-1907). Girardet reisde oorspronkelijk vooral veel naar Algerije en Tunesië waar hij zijn schilderijen en aquarellen componeerde. In 1898 reisde hij naar Egypte en Palestina, waar hij veel scènes van Caïro, de piramides en Jeruzalem schilderde. Zijn werk ging steeds meer op het werk van de impressionisten lijken. Zijn penseelvoering werd losser en het sprankelende zonlicht verlichte zijn kunstwerken. Op de achtergrond van deze aquarel zie je de typische variaties van zandkleuren die zo gewoon zijn in Noord-Afrika, terwijl de nomaden op de voorgrond onmiddellijk de aandacht trekken door het bijzondere gebruik van de kleuren blauw, donkergrijs en een tipje rood in de kleding van de man op de ezel. De voeten van de personen die wandelen verdwijnen in het stof, waardoor ze als het ware één worden met hun omgeving. Zij maken daardoor niet alleen deel uit van hun omgeving, maar schildertechnisch ook van de compositie. Er ontstaat een band tussen de afgebeelde nomaden en het omringende landschap.
Locatie: De Sfinx in Egypte van Eugène Girardet maakt deel uit van de collectie van de Gooise Galerie. ©Ronnie Rokebrand.